De Beurs van Berlage ademt historie en karakter. In 1903 was het al een bruisende handelsplaats en vandaag de dag is het een ‘one in a million’ congreslocatie in het warme hart van Amsterdam. Hoge kwaliteit en service, een indrukwekkende sfeer en uitstekende faciliteiten staan centraal. Een bruisende locatie die u niet snel vergeet!
De eerste Beurs in Nederland werd opgericht door de Vereenigde Oostindische Compagnie in 1602. Zij bedachten aandelen uit te geven om hun maritieme activiteiten te financieren. Hiervoor hadden zij echter wel een beursgebouw nodig om de aandelen te verhandelen.
Het Amsterdamse stadsbestuur nam het initiatief om een apart beursgebouw neer te zetten en nam Hendrick de Keyser in dienst om het gebouw te ontwerpen. In 1611 was de beurs van Hendrick de Keyser voltooid en werd het een plek waar aandelen van de VOC en vanaf 1621 ook van de West-Indische Compagnie werden verhandeld. De Beurs van Hendrick de Keyser wordt daarom ook wel de oudste aandelenbeurs ter wereld genoemd.
Het gebouw dat aan het Rokin stond is in 1835
afgebroken wegens verzakkingen en is vervangen door de Beurs van Zocher.
De Beurs van Zocher kreeg een andere locatie, namelijk aan het Damrak. Het ontwerp van Jan David Zocher kwam aardig overeen met het ontwerp van Hendrik de Keyser. Het was een rechthoekig gebouw, met een open binnenhof en de ingang op het zuiden. Het uiterlijk was daarentegen heel anders. De Beurs van Zocher had de uitstraling van oude Romeinse architectuur en had bijna geen ramen, waardoor het al snel de bijnaam kreeg van Mausoleum.
De Beurs van Zocher was dan ook geen groot succes en de handelaren en de verenigde Kamer van Koophandel oefende druk uit op het Amsterdamse bestuur voor een nieuw Beursgebouw. Dit leverde tot 1884 grote politieke discussies op, maar de komst van een nieuw Beursgebouw werd uitgesteld door de economische crisis in de 19e eeuw.
Aan het eind van de negentiende eeuw was Amsterdam bijzonder welvarend. De handel floreerde en steeds meer mensen besloten om in de stad te gaan wonen. Het Amsterdamse bestuur besloot daarom in 1896 een nieuwe beurs te bouwen. De eer voor het ontwerpen van het beursgebouw ging naar architect en stedenbouwkundige Hendrik Petrus Berlage.
Berlage ontwierp een compleet nieuw gebouw, waarvan de klokkentoren, met daarin de ‘Beursbengel,’ het meest opvallende is. Berlage, als fervent socialist, geloofde dat de Beurshandel geen lang leven was beschoren. Maar hij loste dit dilemma slim en creatief op: geïnspireerd door de Italiaanse Palazzo Pubblico’s besloot hij het nieuwe beursgebouw zo te ontwerpen dat het in de toekomst, na de zegeviering van het socialisme, als groots gemeenschapshuis kon dienen, een volkspaleis. Hij bouwde de facto een soort symbolisch stadhuis, een ‘volkspaleis’ dat tijdelijk dienst kon doen als Beurs.
In 1903 werd de Beurs van Berlage officieel geopend door Koningin Wilhelmina.
Stilistisch gezien is de Beurs van Berlage niet in één hokje te plaatsen. In het gebouw zijn bijvoorbeeld zowel kenmerken van de neoromaanse architectuur als Jugendstil te ontdekken. Bovenal wordt het als voorloper op het Nieuwe Bouwen en de Amsterdamse School beschouwd. In de ogen van Berlage verbeelden de enorme bakstenen muren de democratische samenleving: ‘Als enkeling nietig, als massa een macht’. De klokkentoren met daarin de Beursbengel is het meest opvallende element van het gebouw. Deze is geïnspireerd op de 13e-eeuwse Torre del Popolo in de Noord-Italiaanse stad Brescia. In 1999 is de Beurs van Berlage door de Union Internationale des Architectes zeer terecht op de lijst van 1.000 belangrijkste gebouwen van de twintigste eeuw gezet.
De Beurs was voor Berlage een fantastisch laboratorium, een project waarin hij niet alleen al zijn ideeën over een nieuwe bouwstijl kwijt kon, maar ook die over een rechtvaardiger samenleving. Vanuit diezelfde collectivistische gedachte, wilde hij dat de nieuwe Koopmansbeurs een werk zou worden waarin verschillende kunstdisciplines samen een gelijkwaardige eenheid zouden vormen. Dit ‘Gesamtkunstwerk’ moeste de geestelijke ontplooiing van mensen stimuleren en zou een prachtig gemeenschapswerk worden, aldus Berlage. Zijn vriend en geestverwant Albert Verwey (1865-1937) kreeg van hem de opdracht te bedenken welke wandversieringen, sculpturen en reliëfs in het beursgebouw moesten komen.
Wie omhoog kijkt naar de toren van de Beurs van Berlage, ziet twee teksten onder de klok. Wie vanuit het centraal station aankomt leest: Duur uw uur. En wie vanuit de stad kijkt ziet staan: Beidt uw tijd.
Deze twee teksten zijn afkomstig uit een gedicht van Albert Verwey over deze toren. Het gedicht luidt als volgt:
De toren sprak naar de stad gewend:
Gij burgers, die daar jaagt en rent,
Sta stil als ik en beidt uw tijd,
Zij die geloven, haasten niet.
De goede en sterke daad geschiedt
Te rechter uur, den tijd ten spijt.
De toren spreekt tot iedere vreemd
Die naar de stad zijn richting neemt:
Sta vast als ik en duur uw uur.
Wie op zijn kracht niet vol berust,
Wiens ijver halfweegs wordt geblust,
Houdt hier geen stand, heeft hier geen duur.
Te zien is dat het een oproep aan de inwoners van de stad is om zich niet al te druk te maken: alles komt op zijn tijd. Bezoekers wordt gemaand om standvastig te zijn en de tijd te nemen om door te zetten voor wat ze willen bereiken.