Toeristen bezoeken graag de molens op de Zaanse Schans. Ze zijn ‘the real deal’: volledig gerestaureerde houten structuren uit de 17e en 18e eeuw.
Staan windmolens en museumdorpen nog steeds in de belangstelling? Absoluut. Om zijn molens te eren, heeft Nederland zelfs een Nationale Molendag. En als het gaat om historische dorpjes, dan krijgt de Zaanse Schans bijna alleen maar positieve recensies. Toeristen bezoeken graag de molens in deze omgeving.
De binnenkant van een molen bewonderen is hier relatief gemakkelijk, vooral als je per boot reist.
De Zaan Hopperveerboot, vernoemd naar de rivier de Zaan, vervoert bezoekers vanuit het centrum van Zaandam (20 minuten van Amsterdam) naar de weidse luchten van Zaanse Schans.
Wanneer we ons focussen op de windmolens zelf dan zijn die op de Zaanse Schans ‘the real deal’:
volledig gerestaureerde houten structuren uit de 17e en 18e eeuw. En dit zijn meestal ook nog molens die nog in bedrijf zijn en onder andere mosterd, meel en cacaopoeder produceren.
Het meest indrukwekkend zijn de fysieke afmetingen van de molens. In vergelijking met de slanke ontworpen turbines van vandaag de dag, zijn de Zaanse Schans molens van eeuwen geleden onverwachts groot.
Daarnaast zijn er nog veel authentieke elementen terug te vinden in het interieur van deze historische gebouwen: bezoekers kunnen zien hoe efficiënt de werkende delen van deze kleine fabrieken in één ruimte geplaatst zijn. Klim naar de top, hoewel het een beetje overweldigend is, en geniet van een spectaculair uitzicht over het dorp en zijn omgeving.